De lucht, de wind
Wees geloofd, mijn Heer, door broeder wind
en door de lucht en de wolken
door het helder en elk ander weer;
door hen houdt Gij
uw schepselen in stand.
Als Franciscus op het eind van zijn leven
zijn mystieke ervaringen uitzingt in het Lied van de Schepselen,
verbindt hij de lucht vooral met broeder Wind.
De Wind die de wolken voortjaagt in een vliegende storm
en de Wind die in een briesje verkoeling brengt op een warme dag.
Broeder Wind,
als je dat kan zeggen,
dan heeft die grote kosmische kracht je diep in je ziel geraakt.
Dan heb je ergens, ooit, de diepe binding ervaren
van die grote natuurkracht met jouw leven.
“Lot van de mens, wat lijk je op de wind”, schreef Goethe.
Hij zal ervaren hebben hoe hij in zijn leven
door innerlijke krachten werd opgenomen en meegevoerd,
zoals een blad door de wind.
De lucht en de wind brengen een heel eigen levenssfeer met zich mee.
Het is de sfeer van een wereld
die openligt voor en kwetsbaar is
voor een macht die ons niet met rust laat,
die ons meesleurt, steeds verder,
een kracht die geen heilige huisjes duldt
en alle scheidingsmuren omverblaast, schoon schip maakt.
Om je daarmee verwant te voelen en ervan te houden,
zoals Franciscus,
moet je innerlijk openstaan voor vernieuwingen,
voor grondige veranderingen, voor nieuwe ideeën.
“De wind waait waarheen hij wil”.
En dat betekent dat je arm moet kunnen zijn.
Arm en vrij.
Zo’n mens was Franciscus.
Heel zijn leven bleef hij een arme en vrije mens,
die innig en levendig reageerde als hij in aanraking kwam met de natuur
Weinig mensen lieten zich zo door de natuur inspireren, als hij.
Inspireren: inblazen.
Als hij de bladeren hoorde ritselen in de wind,
wekte dat in hem het verlangen
zich als een blad over te geven aan de werking van de Geest,
de Heilige Geest,
de Geest die steeds weer nieuw en onverwacht je inblaast
hoe jij je leven verder kunt openstellen voor de Liefde,
die niets anders wil dan jou wakker maken, tot leven wekken.
Tot leven vanuit je binnenste binnen.
Neem er nu even tijd voor en luister met al je zintuigen naar de wind
en hoor wat die jou te zeggen heeft.
Guy Dilweg
Bron: Vrij naar E. Leclerc, Symbolen van de Godservaring, p. 83v.