Gertrudis in de moestuin

Weerspreuk: “Tuin op Geertruid, warmte komt de grond uit”

Gertrudis, haar gedenkdag is op 17 maart, werd een patroonheilige voor tuinders. Half maart moet de aarde voldoende opgewarmd zijn om in de tuin aan de slag te gaan. Geertruida van Nijvel (Vlaanderen), die stierf omstreeks het jaar 659, was met name een tuinvrouw die beschermde tegen muizenplagen. Bovenstaande afbeelding laat dat zien.

Muizen begeleiden

Gertrudis koos al jong voor het kloosterleven in een klooster in Nijvel dat werd gesticht door haar moeder toen haar vader overleed (zie bijvoorbeeld heiligennet.nl).

Gertrudis wordt als abdis afgebeeld, terwijl zij muizen langs haar staf omhoog laat kruipen. Muizen kunnen een plaag worden en kunnen schade doen aan de oogst. Men roept graag Geertruid aan bij plagen. Zij zou bescherming bieden tegen onheil en zo mensen in hun nood redden. Als beeld van onreinheid, een gevaar voor dier en mens, zoeken ook mensen hun ‘zieleheil’ bij haar.

In de Sint Gertrudiskerk bevindt zich haar crypte (begraafplaats) en alsmede een bron. Door het bronwater op de velden te sproeien hoopte men een plaag van veldmuizen te voorkomen. Het onderwater zetten van grasland wordt nog steeds toegepast om een muizenplaag te bestrijden.

Heildronk bij wijze van afscheid

Hoe afscheid eruit kan zien, en loslaten mogelijk werd, wordt invoelbaar in een legende aan haar gewijd.

Gertrudis nam afscheid van een ridder die verliefd op haar was, door een heildronk op zijn leven te drinken. Maar de ridder bleef verliefd. Hij deed er alles voor om haar terug te krijgen: hij schonk zelfs zijn ziel aan de duivel. Maar het lukte ook de duvel niet om haar, na zeven jaar, voor hem terug te winnen. Haar trouw was aan God gewijd, zij bleef God trouw.

Haar heildronk deed zijn goede werk: ook de ridder bleef in leven. De heildronk kreeg haar naam: St Geertensminne! Een recept hebben wij nog niet kunnen achterhalen … Met haar in gedachten werkt elke andere heildrank waarschijnlijk ook.

Een opsteker voor elke tuinier-met-tegenslagen.

Tekst en foto’s Tini Brugge